De afkortingen IPH en SPH worden gebruikt om de productiesnelheid van een drukpers aan te geven. Ze geven inzicht in hoeveel output een pers per uur kan leveren; een belangrijke indicator bij het plannen van drukwerk, doorlooptijden en efficiëntie.
IPH (Impressions per Hour) staat voor het aantal afdrukken per uur dat een pers kan produceren. Bij dubbelzijdig drukken op één vel worden dus twee impressies geteld.
SPH (Sheets per Hour) staat voor het aantal vellen papier dat per uur door de pers gaat. Ongeacht of er enkel- of dubbelzijdig gedrukt wordt, telt elk vel als één sheet.
Afhankelijk van het type drukpers en de gekozen instellingen kunnen IPH en SPH flink uiteenlopen. Moderne offsetpersen halen soms snelheden tot wel 18.000 SPH of meer.
Voor drukkers en opdrachtgevers zijn deze waarden belangrijk bij:
Capaciteitsplanning: Hoe snel kunnen we een oplage van 50.000 stuks produceren?
Kostprijsberekening: Meer output per uur = lagere productiekosten per stuk.
Techniekkeuze: Sommige druktechnieken (zoals rotatie-offset) hebben veel hogere SPH/IPH-waarden dan digitale print of vellenoffset.